Geleidelijk aan heeft het beeld van de Bloem zich in mij ontvouwd. Als ik in mijn hart ben – het hart van de Bloem-die-ik-ben – voel ik me thuis bij mezelf en ben ik vredig en vol liefde. Ik heb geleerd hoe ik daar telkens weer kan thuiskomen, om uit te rusten in die geborgenheid.
Mijn hart is de plek waar ik verbonden ben met alles en iedereen. En het mooie is dat ik die plek altijd bij me heb, ook in moeilijke tijden, wanneer ik er geen enkel contact mee voel. Ik ben dan als een slak die haar eigen huisje met zich mee draagt, maar dat vergeten is. Ik weet nu dat ik dan ‘alleen maar’ hoef stil te staan en uit te ademen om me mijn hart weer te her-inneren. Ik ervaar steeds weer dat ik gelukkig kan zijn, ook als het niet goed met me gaat.